Mijn achtergrond is de Opleiding tot Tekenleraren en van grafiek had ik destijds geen weet. Dat grafiek mij zo op het lijf geschreven is ontdekte ik door een weddenschap. Ooit zag ik een steendruk en zei dat ik dat ook wel wilde kunnen. Het intrigeerde me. Dat was heel moeilijk werd gezegd en nadat ik antwoordde dat alles te leren was als je maar wilde en doorzette zat ik opeens met een weddenschap.
Ik vond een steen en ontdekte dat in Hilversum een grafisch atelier zat. Ik kocht boeken en vroeg advies en toen ben ik maar gewoon begonnen. Na een jaar was ik het zwart/wit werken zat en ging ik kleurenlitho’s maken met soms wel 8 drukgangen. Maar ook etsen en zeefdrukken leerde ik op dezelfde manier. Het leek me leuk, ik kocht een pers en zeefdrukramen en alle andere materialen en bleef proberen tot ik het beheerste.
De ets/linosnede is een door mijzelf ontwikkelde techniek. Ook daarover zei iemand dat dat niet goed mogelijk was. En ja, het was zoeken.
Ik gebruik altijd litho-inkten voor de lino’s die meestal het eerst gedrukt worden. Die inkten zijn niet vettig en daardoor is er geen probleem om alle nuances van een etsplaat er over heen af te drukken.
Wel moet er altijd rekening gehouden worden met rek. Linoleum rekt door de druk van de pers en het papier rekt ook als het nat wordt. In de lengterichting anders dan in de breedte. Vaak gebruik ik dit bewust om niet precies sluitende beelden te krijgen die daardoor veel levendiger worden.
Ik ben er trots op te zeggen dat ik als graficus autodidact ben.